Het MOS is ontstaan om het kunstprojekt ‘Traces of presence’ (TOP) van Kees Schröder te herbergen en is geïnspireerd op het ‘Museum op schaal’ dat tot stand kwam op initiatief van de Belgische galeriehouder Ronny van de Velde. Ruim honderd Belgische kunstenaars beschikten ieder over een miniatuurzaal van 100 x 60 x 65 centimeter waar zij werk konden tonen in een schaal van 1:7. De collectie deed verschillende steden aan en krijgt nu een vaste plaats in Antwerpen. (meer erover)
Dat idee van het ‘Museum op schaal’ leunt op de ‘Kunst- und Wunderkammer’, een omstreeks de 16de eeuw rondreizend rariteitenkabinet gevuld met miniaturen, wonderbaarlijke dingen, kunstvoorwerpen en fossielen. Hierin lag de oorsprong van het museum-concept zoals wij dat kennen. (meer erover)
Het MOS van mij volgt dezelfde maatvoering maar bestaat uit twee fysieke en een onbepaald aantal virtuele zalen. De zalen worden per twee ingericht met geminiaturiseerde werken. De sporenfossielen-panelen bv. zijn ipv. 60x40 cm bij een schaal van één op zeven 8,6x5,7 cm groot. De zalen zouden ca. zeven meter lang, ruim vier meter diep en vier en een halve meter hoog zijn.
Het Museum van mij opende in de zomer van 2018 de deuren. De aldaar getoonde werken van het TOP projekt zijn miniaturen van reële en virtuele originelen. In 2020 is het museum uitgebreid en zijn er de (conceptuele) aardobjecten bij gekomen. Het museum telt nu 16 zalen.
